Willem M. Roggeman/ Astrid Dewancker

SAMEN ZWIJGEN

Bij gelijknamige sculptuur van MaRf

of met verstomming geslagen

Denkt de vrouw :
ik praat slechts met mezelf
zodat ik en die andere in mij
voor de buitenwereld samen zwijgen.

Hier is geen touw,
laat staan een stem aan vast te knopen.
Of hoe zwijgen spreken wordt
en omgekeerd.

Zij keert in zichzelf terug,de vrouw,
houdt de adem van haar borsten in
die fier staan klein te zijn
en wachten op de honger van de man.

De opgedirkte,opgefokte man
die dwaas denkt groot te zijn
en als een man in een reus
zichzelf tot naamloos figurant herleidt.

En lijdt omdat hij in de vrouw
zijn trots verliest en zoveel schoonheid
niet of niet genoeg begrijpt.
Zij,zij is en blijft te mooi.

Om waar te zijn.
Zij opent deuren op haar vuur,
biedt hem haar hitte aan.
Tot hij vervelt,verschroeit,vergaat.

willie verhegghe mei 2005



VERKLEUMD
Gedicht bij de bronzen sculptuur van MaRf "Samen Zwijgen"


de echo van haar valse lach
striemde als een boemerang
in mijn verkrampt gezicht.

zijn schouder etterde steeds dieper.
samen zwegen we de verloren liefde,
gebroken, over onze navel heen.

mijn geduld was op en ook de wijn,
de borrelhapjes en het haardvuur
dat hen verkleumde van helse stilte.


Luc C. Martens