Marcel van Maele
 Verzorgen

Gedicht bij de gelijknamige sculptuur van MaRf


Als stromend water, uitgeput tot bijna niets,
een dunne slang, de levensader,
in het midden van het stilstaand ondiep,

waarin bezonken wrakhout, afval,
stom geworden menselijk materiaal:
geraamte van een stoel, een kinderfiets, prikkeldraad,

ligt in zijn bed de mens van bijna niets
en droomt hoe hij wordt opgeheven,
uit moeë lakens opgeschept als een verloren vis,

met om zijn bed de gratiën van de verpleging,
de bijgodinnen van de dood, Rabia, Ivette,
en zuster P, maar zonder handen nu, zonder gezicht.


Charles Ducal